Spaans vastgoed in een Belgische vennootschap niet langer vrijgesteld van vermogensbelasting in Spanje

Spaans vastgoed in een Belgische vennootschap niet langer vrijgesteld van vermogensbelasting in Spanje

Niet-inwoners van Spanje die Spaans vastgoed bezitten via een niet-Spaanse vennootschap zijn sinds 2023 mogelijk ook vermogensbelasting verschuldigd op het Spaans onroerend goed dat door de vennootschap wordt aangehouden. Concreet zullen Belgen die via hun Belgische vennootschap aanzienlijk Spaans vastgoed bezitten, moeten nagaan of deze wetswijziging een impact voor hen heeft en, zo ja, wat het fiscale kostenplaatje hiervan is.

Spaans vastgoed in een Belgische (niet-Spaanse) vennootschap? Dan bent u als aandeelhouder mogelijk Spaanse vermogensbelasting verschuldigd vanaf 2023.

We hebben er reeds al vaker op gewezen dat niet-inwoners van Spanje jaarlijks Spaanse vermogensbelasting verschuldigd zijn indien hun Spaans vermogen meer bedraagt dan 700.000 euro (federaal bedrag). Met Spaans vermogen wordt niet enkel Spaans vastgoed bedoeld. Ook gelden op Spaanse rekeningen of aandelen van Spaanse vennootschappen worden meegenomen in de belastbare basis voor de berekening van de Spaanse vermogensbelasting.

De vraag die zich stelt is of deze vermogensbelasting tevens verschuldigd is door niet-inwoners van Spanje die Spaans vastgoed aanhouden middels een buitenlandse vennootschap. Bijvoorbeeld, een Belg die aandelen bezit van een Belgische vennootschap die op haar beurt Spaans vastgoed bezit.

Nieuwe wetgevende initiatieven helpen onduidelijkheid de wereld uit

De Spaanse administratie hield lange tijd vol dat zij ook niet-Spaanse inwoners kon belasten indien deze aandelen aanhouden van een buitenlandse vennootschap wier vermogen voor meer dan 50% uit Spaans vastgoed bestaat. In 2021 was het Directoraat-Generaal daarentegen in ruling (V2070-21) tot de conclusie gekomen dat een niet-inwoner van Spanje die onrechtstreeks Spaans vastgoed aanhoudt middels een buitenlandse vennootschap, niet onderworpen is aan de Spaanse vermogensbelasting met betrekking tot dit vermogen aangezien deze mogelijkheid niet voorzien was in de Spaanse interne wetgeving.

Met de nieuwe wetgevende initiatieven tot invoering van (onder meer) de solidariteitsbijdragen die in voege zijn sinds januari 2023 heeft de Spaanse wetgever een einde willen stellen aan deze discussie.

De wet stelt uitdrukkelijk dat niet-inwoners Spaanse vermogensbelasting verschuldigd kunnen zijn indien zij Spaans vastgoed bezitten via een niet-Spaanse vennootschap. Tevens rekening houdend met de bepalingen van het dubbelbelastingverdrag houdt dit in dat ook de volgende vermogensbestanddelen onder de vermogensbelasting vallen: enerzijds Belgische vennootschappen waarvan de activa voor meer dan 50% uit Spaans vastgoed bestaan en anderzijds deelnemingen in Spaanse vennootschappen van minstens 25% (ongeacht de aanwezigheid van vastgoed). Concreet houdt dit dus in dat ook niet-inwoners van Spanje die Spaans vastgoed bezitten via een buitenlandse (niet Spaanse) vennootschap, blootgesteld zijn aan de vermogensbelasting. De aandeelhouders van dergelijke vennootschappen zullen in de toekomst ook vermogensbelasting verschuldigd zijn op dit vastgoed indien de activa van de vennootschap voor meer dan 50% uit Spaans vastgoed bestaan en de waarde ervan de belastingvrije som overschrijdt!

Meer dan 50% van de activa van de vennootschap

Hoe wordt beoordeeld of uw (Belgische) vennootschap kwalificeert als een vastgoedvennootschap in het kader van de vermogensbelasting? Zoals gezegd is dit het geval indien het Spaans vastgoed meer dan 50% van de activa van de vennootschap uitmaakt. Voor deze berekening wordt geen rekening gehouden met de boekwaarde van het onroerend goed maar wel met de reële marktwaarde van het Spaans vermogen op 31 december van het gegeven jaar.

Sinds 2022 voorziet de Spaanse fiscus voor elk onroerend goed een valor referencia, zijnde een referentiewaarde die gebruikt wordt als ondergrens voor de fiscale berekeningen. Bijgevolg moet het het pand gewaardeerd worden op basis van het hoogste van onderstaande bedragen:

  • De kadastrale waarde van het pand,
  • De valor referencia die door de Spaanse fiscus bepaald werd,
  • De aanschafwaarde van het pand.

Indien de vennootschap ook niet-Spaans vastgoed bezit, gebeurt de waardering hiervan ook op basis van de reële marktwaarde.

Wat met de financiering die werd aangegaan om het vastgoed aan te kopen?

De wet voorziet niet uitdrukkelijk dat de financiering die werd aangegaan voor de aankoop van het pand in mindering gebracht kan worden bij bovenstaande berekening. Maar aangezien de wet wel spreekt over de netto-waarde van het vastgoed, lijkt er een grond te zijn om te argumenteren dat het uitstaand kapitaal van een lopend krediet in mindering gebracht mag worden bij de waardering van het vastgoed. Het zal echter wachten zijn op een ruling van het Directoraat-Generaal om hierover zekerheid te krijgen.

Rechtstreekse en onrechtstreekse participaties

Ten slotte wijzen we erop dat de wet enkel spreekt over buitenlandse (niet-Spaanse) vennootschappen wier vermogen rechtstreeks voor meer dan 50% uit Spaans vastgoed bestaat.

Concreet betekent dit dat u als aandeelhouder van een Belgische (of andere niet-Spaanse) vennootschap die Spaans vastgoed aanhoudt, vanaf het aanslagjaar 2023 bloot staat aan het risico op vermogensbelasting in Spanje. Indien de vennootschap meerdere aandeelhouders heeft, kan elke aandeelhouder gebruikmaken van de vrijstelling van 700.000 euro met betrekking tot hun participatie in de vennootschap. De belastbare basis is de waarde van de aandelen van de vennootschap!

Solidariteitsbijdrage?

De voorgaande uiteenzetting is eveneens van toepassing voor de heffing van de federale solidariteitsbijdrage die in 2023 werd ingevoerd.

Deze wetswijziging kan een aanzienlijke impact hebben op niet-inwoners van Spanje met aanzienlijk vastgoed in niet-Spaanse vennootschappen. Indien u meer informatie wenst omtrent voorgaande, kan u ons steeds contacteren.



Retour à l’aperçu